Vraag&Antwoord

Gelijkenissen (1) - Peter van 't Riet - 2012
Waarom hielp in de gelijkenis van de barmhartige Samaritaan de priester niet? Werd hij soms levenslang onrein?

Vraag : In de gelijkenis van de barmhartige Samaritaan loopt de priester met een boog om het slachtoffer heen. Volgens Leviticus 21:1-3 mag een priester geen lijk aanraken, omdat hij daardoor onrein wordt en de tempeldienst voor hem dan is uitgesloten. Maar was dat ernstiger dan het laten liggen van een zwaar gewonde of dode man? Of blijft die onreinheid zijn leven lang van kracht zodat hij nooit meer aan de tempeldienst had kunnen meedoen?

Antwoord : Onreinheid heeft niets te maken met hygiëne, maar is zuiver en alleen ongeschiktheid om aan de offerdienst mee te doen. Dat geldt niet alleen voor priesters maar ook voor de gewone Israëlieten. Voor een priester weegt het wel zwaarder, omdat zijn taak binnen de offerdienst belangrijker is. Hij vervult die niet alleen voor zichzelf, maar heeft ook een vertegenwoordigende functie voor het volk, die hij dan niet meer kan vervullen. Terecht wijs je op Leviticus 21:1-3, waarin de Tora de priester uitdrukkelijk verbiedt zich te verontreinigen aan een dode: zij moeten elk moment oproepbaar zijn om hun taak te kunnen uitvoeren!

Er bestonden overigens verschillende vormen van onreinheid. Het aanraken van een lijk is een van de zwaarste. Dat komt omdat de offerdienst gezien werd als de ideale vorm van samenleven van God met Israël. Daar moest de dood van een mens absoluut buiten blijven. Wat niet wil zeggen dat er geen respect voor de doden bestond. Die was wel degelijk groot getuige de zorgvuldigheid waarmee het dode lichaam omringd werd. Maar binnen de taakverdeling tussen priesters, Levieten en gewone Israëlieten was het verzorgen en begraven van de doden nu eenmaal iets voor de laatsten en niet voor de eersten (tenzij het hun directe familieleden betrof). Nog steeds is het zo dat joodse begraafplaatsen een zogenaamd priesterpad kennen: een pad dat buiten langs de begraafplaats loopt en waarop de priesters begrafenissen kunnen bijwonen, omdat zij de begraafplaats zelf niet mogen betreden.

Geen enkele vorm van onreinheid is echter voor het leven (tenzij men zich nimmer meer reinigt). De reiniging van zware vormen van onreinheid is echter uitgebreider en tijdrovender dan van lichte vormen van onreinheid. Van lijkenonreinheid kan men zich alleen reinigen door o.a. een ritueel bad te nemen in een mikwe.

Tegen deze achtergrond moet het verhaal van de barmhartige Samaritaan niet worden gelezen als een verhaal waarin priesters en Levieten in een kwaad daglicht worden gesteld. Zij hielden zich in dit verhaal aan hun opdracht en lieten de zorg voor de vermoedelijk dode man aan de overige weggebruikers over (de weg van Jeruzalem naar Jericho was geen verlaten, maar juist een drukke weg). Het verhaal is daarentegen vooral bedoeld om duidelijk te maken dat naastenliefde de grenzen (barrières) tussen bevolkingsgroepen doorbreekt (in dit geval tussen joden en Samaritanen). Let op Jezus' vraag aan het slot die vaak verkeerd geïnterpreteerd wordt.


This is the website of Peter van 't Riet