Vraag&Antwoord

Midrasjkarakter van de evangeliën (1) - Peter van 't Riet - 2014
Wat betekent het midrasjkarakter van de evangeliën voor de wijze waarop we Matteüs 23 lezen?

Vraag : In uw publicaties laat u zien dat de evangelieschrijvers niet aan een historisch verslag werkten maar een midrasj-concept in gedachten hadden. Wat betekent dit voor de discussies tussen Yeshoea/Jezus en de leidslieden in zijn dagen, vooral bij Mattheüs. Kan het zijn dat we in Matteüs 23 met een bewerking te maken hebben? Of moeten we Yeshoea's/Jezus' zware beschuldigingen aan het adres van de schriftgeleerden en Farizeeën zien als goddelijke openbaring? Sommigen noemen het Mattheüs-evangelie zelfd "hier en daar anti-joods". Wat is uw idee daarover?

Antwoord : Het meest diepgaand heb ik het midrasj-principe van de evangeliën uitgewerkt in mijn boek Lukas versus Matteus. Je ziet als je dat boek leest, dat je woorden van Jezus niet rechtstreeks tot hem kunt herleiden. Daar zit altijd een evangelist tussen met zijn eigen ideeën. Dat is ook helemaal niet erg, want ook Gods openbaring werkt zo: altijd via de schriftgeleerden en bijbelschrijvers van Israel die allemaal hun persoonlijke kijk op de wereld hadden. Na vergelijking met Lukas zul je Matteüs 23 herkennen als een typische Jezus-interpretatie (midrasj) van Matteus. Lukas dacht toch net even iets anders over al die dingen.

Wat betreft het zogenaamde anti-joodse karakter van de evangeliën dat sommige exegeten in de teksten zien, ben ik op tal van plaatsen in mijn werk tot de conclusie gekomen dat een dergelijke kijk op de evangeliën vooral gebaseerd is op een gebrekkige kennis over het jodendom ín de 1e eeuw CJ.


This is the website of Peter van 't Riet